'Herstellende patiënten op de IC schieten er soms bij in'

  • 14 april 2021
  • V&VN magazine
  • Coronavirus
  • V&VN Algemeen
Esther Den Besten
Beeld © Roos Koole

De juiste keuzes maken is tijdens deze pandemie nog lastiger dan anders. Zorgmedewerkers vertellen over de hardste noten die ze tot nu toe moesten kraken. Dit keer: Esther den Besten (45), IC-verpleegkundige bij Gelre ziekenhuizen in Apeldoorn en Zutphen.

“Als er op de IC een heel zieke patiënt binnenkomt, iemand waarbij meerdere organen uitvallen, dan halen we alles uit de kast en springen veel collega’s bij. Dat is logisch, maar dan hebben we minder tijd voor de ‘langliggers’, mensen die aan de beterende hand zijn.” Dat gaat haar aan het hart, vertelt Esther.

“Langliggers moet je activeren. Die gaan voorzichtig even van de beademing af. We halen ze uit bed zodat ze hun armen en benen kunnen bewegen. Of we laten ze liggend fietsen, zodat ze weer kracht in hun spieren krijgen.” Soms komt Esther een hele dienst niet aan een herstellende patiënt toe. Ze vertelt over een vrouw die na vier weken op de IC zelfstandig kan ademen.

Nu denk ik: als ik extra ga werken, wanneer zie ik dan mijn kinderen of mijn man?

“Het gaat beter, ze is positief en dankbaar en wil graag oefenen. Maar dat kan niet zonder onze hulp. Als dat er in een drukke dienst bij inschiet, voel ik me tekortschieten omdat ik weet hoe belangrijk dat voor haar is.” Ook haar collega’s zien het probleem. Gelukkig werkt het ziekenhuis aan een oplossing zodat de langliggers de aandacht krijgen die ze nodig hebben.

Niet enkel werken

Tijdens de eerste coronagolf was het alle hens aan dek op de IC. Esther sprong altijd in als er te weinig personeel was. Daar is ze selectiever in geworden. “Nu denk ik: als ik extra ga werken, wanneer zie ik dan mijn kinderen of mijn man?” De ‘Leer mij kennen’-formulieren bij de bedden op de IC brachten haar tot inzicht. Daarin staat informatie over het beroep en de hobby’s van de niet aanspreekbare patiënten.

De laatste vraag is: ‘Wat is verder belangrijk?’. Het antwoord op die vraag is steevast: mijn familie, of mijn gezin. “Dat geldt ook voor mij, dacht ik. Als ik geen extra dienst draai, kan ik naar mijn moeder of langs mijn zus. Het gaat niet enkel om werken, er zijn zo veel mooie dingen in het leven.”

Bron: V&VN Magazine 1-2021 | Tekst: Inge Klijn | Beeld: Roos Koole

Word lid en praat mee!

Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.

Ontwerp Zonder Titel (15)