‘Het leven van de cliënt vormt het uitgangspunt’

  • 8 november 2018
  • Nieuwsbericht
  • Richtlijnen en protocollen
  • V&VN Algemeen
Verpleeghuis_portret_4

De beste zorg leveren in verpleeghuizen. Hoe doe je dat? Hoe sluit je aan bij de behoeften van bewoners? En hoe zorg je er als zorginstelling voor dat je medewerkers voldoende toegerust zijn om goede zorg te leveren? V&VN probeert samen met andere partijen uit de verpleeghuiszorg antwoorden te vinden op bovenstaande vragen. De pilot personeelssamenstelling helpt daarbij.

Marian Ophoff en Naida van Oenen werken als verzorgende (Marian) en verpleegkundige (Naida) in zorgcentrum Rosengaerde in Dalfsen. In het voorjaar is het team hier gestart met de pilot personeelssamenstelling, in samenwerking met de Patiëntenfederatie. Ze gebruiken de reflectiekaarten voor ouderen in verpleeghuizen die horen bij mijnkwaliteitvanleven, dit is een door de Patientenfederatie ontwikkeld instrument om kwaliteit van leven van ouderen in beeld te brengen ongeacht waar zij wonen. Er worden hiervoor kaarten gebruikt met vragen als: is er genoeg te beleven voor de cliënt? Waardoor wordt de cliënt onrustig? Vragen waar je misschien niet altijd bij stilstaat. Vervolgens kijken ze hoe ze als team de cliënt zo goed mogelijk in zijn behoefte kunnen voorzien.

Kleine dingen kunnen al het verschil maken

Behoeften

“Door de pilot zijn we nog beter naar onze cliënten gaan kijken. Ik kwam erachter dat ik onze cliënten toch nog niet zo goed kende,” vertelt Naida op het V&VN Congres voor verzorgenden in Utrecht. “Kleine dingen kunnen al het verschil maken,” vult collega Marian aan. “Zo hebben we een mevrouw die altijd al om zes uur ’s ochtends over de afdeling begint te lopen. Ze werkte vroeger op een boerderij en stond altijd om vijf uur op. Dat is haar ritme. In plaats van haar terug naar bed sturen zoals we eerder deden, hebben we nu met het team gekeken naar wat we voor haar kunnen doen. Wat deze vrouw wil is vroeg aan haar dag beginnen, dus hebben we afgesproken dat de nachtdienst haar wast en aankleedt. Vervolgens gaat ze zelf naar de keuken om brood te pakken en te eten, terwijl de dagdienst andere cliënten wast en aankleedt. Het leven van de cliënt vormt het uitgangspunt; we kijken naar wat er achter het gedrag zit.” Naida: “Je moet dingen niet doen omdat je ze altijd zo deed. Durf bepaalde patronen los te laten, bijvoorbeeld het gezamenlijke ontbijt.”

Rooster

Om de wensen van de cliënten zo goed mogelijk te kunnen vervullen, wordt er goed gekeken naar de personeelssamenstelling en het rooster. Marian: “We moeten als team kijken waar de zorgzwaarte ligt. Soms zijn er kleine aanpassingen in het rooster nodig. Zo merkten we op onze huiskamer dat cliënten steeds later naar bed gingen. Als de medewerkers die dienst hadden van half drie tot negen uur naar huis gingen, zaten er nog veel cliënten in de huiskamer. We hebben toen die diensten een half uurtje verschoven; van drie uur tot half tien. Als we straks merken dat cliënten weer eerder naar bed gaan en het ’s middags juist drukker wordt kunnen we de diensten weer een half uur verschuiven. We krijgen er geen uren bij, dus we moeten werken met wat we hebben.” Naida: “Niet iedereen wil altijd schuiven, dus je moet ook rekening houden met wat jij en je collega’s samen als team aankunnen.”

Ze vertelde dingen die ik aan bed nooit gehoord had

Combineren

Omdat de werkdruk hoog ligt, vergt het soms creativiteit om je taken uit te kunnen voeren én de wensen van je cliënt te kunnen vervullen. “We hadden een cliënt die vaak ’s avonds om half tien belde dat ze angstig was en wilde dat er iemand bij haar kwam,” vertelt Naida. “Ik was op die momenten bezig in de huiskamer, met huishoudelijke dingen zoals de vaatwasser uitpakken. Geen tijd voor de cliënt. Tot ze weer belde en ik dacht: ik haal haar op. Ik zet haar bij mij neer en vraag haar of ze me wil helpen met het uitpakken van de vaatwasser. Of ze dat nu wil of niet, dan is ze in ieder geval niet alleen. Ze vond het geweldig. Ze vertelde dingen die ik aan bed nooit gehoord had. De volgende avond belde ze weer: ‘is de vaatwasser al uitgepakt?’. In de praktijk is het misschien niet altijd mogelijk om iemand naast je neer te zetten, maar in dit geval kon het en voelde zij zich niet meer angstig. Dat geeft je zelf ook een fijn gevoel.”

Tips

Of ze tips hebben voor andere verzorgenden? Naida: “Denk vooral in mogelijkheden en blijf in gesprek met collega’s. Je doet het samen, niet in je eentje.” Marian: “Kijk naar de cliënt, dat is het belangrijkste.”

Dit nieuwsartikel is per december 2019 overgeplaatst van de oude website van V&VN naar de vernieuwde website. Eerder geplaatste reacties komen hiermee te vervallen. Wil je reageren op dit artikel? Praat verder op social media.

Word lid en praat mee!

Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.

Ontwerp Zonder Titel (15)