FAQ | Veelgestelde vragen

Hero FAQ
FAQ

Recovery | Algemeen

De Recoveryperiode is de periode die directe aansluit op een ingreep en/of een anesthesiologische procedure. Tijdens die periode wordt de patiënt bewaakt en worden eventuele optredende complicaties van de anesthesie en/of operatieve ingreep behandeld. Recoverytijden kunnen sterk variëren. Ontslag van de Recoveryafdeling naar de verpleegafdeling vindt niet eerder plaats nadat de vitale functies van de patiënt zijn gestabiliseerd en voldoen aan de opgestelde ontslagcriteria. Maar welke oorzaken die niet medisch gerelateerd zijn spelen een rol bij de Recoverytijd ?

Er is een studie gedaan naar de post operatieve patiënten doorstroming. Tijdens deze studie is er onderzocht welke oorzaken  die niet medisch gerelateerd zijn invloed hebben op de patiënten doorstroming.  Er werden 2783 patiënten geobserveerd tijdens dit onderzoek. Bij 421 patiënten was er sprake van een vertraging met een niet medische oorzaak. De meest voorkomende reden is dat er nog geen bed beschikbaar is voor de patiënt op de verpleegafdeling (52%). Bij 32% is de werkdruk op de verpleegafdeling te hoog om de patiënt te kunnen ontvangen. De lunchpauze spelen voor 10% een rol bij de patiëntenvertraging. De conclusie van het onderzoek is dat de oorzaken gerelateerd zijn aan de organisatorische en personele bezetting op de verpleegafdelingen. (Vincent’sHospital, 2012)

Ter afronding van de opleiding tot Recovery verpleegkundige vond er een onderzoek plaats in het Medisch Spectrum Twente naar de communicatie tussen de Recovery en de verpleegafdelingen. Door middel van het onderzoek wordt de mondelinge communicatie tussen de verpleegafdelingen en de Recovery inzichtelijk gemaakt. Op basis van deze inzichten kunnen verbeteringen van de communicatie en de doorstroming van de Recovery worden toegepast.

Voor het onderzoek zijn er een aantal Recovery afdelingen van verschillende ziekenhuis benaderd om informatie te verkrijgen. Via het BRV- netwerk  zijn de Recovery afdelingen benaderd om enkele vragen te beantwoorden. De resultaten geven de huidige manier van communiceren en het verband met de patiënten doorstroming van 15 Recovery ’s van Nederland en België weer.

  • Het aantal operaties van de 15 Recovery ’s per dag lopen uiteen van 20 tot 80 patiënten.
  • Opvallend aan de resultaten is dat alle bevraagde Recovery ’s  aangeven dat de Recovery verpleegkundige zelf belt naar de verpleegafdeling. Over het algemeen bellen de Recoveryverpleegkundige naar de verpleegafdeling  waarna de secretaresse van de verpleegafdelingen de telefoon zal beantwoorden. De secretaresse zal de betreffende verpleegkundige te woord staan. Enkele Recovery ’s bellen rechtstreeks naar de verpleegkundige die
    de patiënt op kan komen halen.
  • De Recovery ’s  hebben een streeftijd voor de verpleegafdelingen gesteld om de patiënten op te halen. De streeftijden variëren van 10 tot 30 minuten. Wanneer de verpleegafdelingen de tijd overschrijden wordt er nog een keer contact opgenomen. Mocht de afdeling nogmaals de tijd overschrijden dan wordt er vaak contact gezocht  met een floormanager of een team- hoofd. Als de Recovery vol ligt wordt er  bij het wegbellen gevraagd of ze de patiënt met spoed kunnen komen halen. Meestal geven de afdelingen hier wel gehoor aan.

De frequentie aan ALS scholing voor recovery verpleegkundigen is instellingsafhankelijk, dus welke normwaarde stelt je ziekenhuis aan je. Gebruikelijk is een jaarlijkse BLS scholing met ILS of ALS ter aanvulling. Ook al ben je geschoold, dan nog moet je de vaardigheid bijhouden om bekwaam en bevoegd te zijn en te voelen.

Heeft de BRV een standpunt, of zijn er bronnen over de bevoegd- en bekwaamheid wat betreft nabeademingen op de recovery door recovery- verpleegkundigen? Wat er is bijvoorbeeld nodig voor deze bevoegd- en bekwaamheid (aantallen, aanbod, scholing)?

Antwoord BRV

Dit is één van de punten waar de BRV een standpunt over in wil gaan nemen. Als vertrekpunt zullen we de beschrijving van het Jeroen Bosch ziekenhuis gebruiken wat gaat over alle vaardigheden en handelingen.

Specifiek voor nabeademing  wil de BRV – kijk ook eens op de www.czo.nl site voor de beschrijving van opleidingseisen –  landelijke afspraken willen maken over het minimale aantal beademde patiënten (of uren) nodig per jaar om ervaring op peil te houden en zo mogelijk ook iets over scholing en bijscholing.

Intuberen is een medische handeling. De anesthesioloog is eindverantwoordelijk op de recovery, het zou dus moeten gaan om assisteren bij intubatie. Weten wat er nodig is (medicatie en apparatuur) voor intubatie en op welke wijze je de patiënt positioneert en begeleid. De begeleiding van de patiënt en het assisteren bij de medische handeling geldt bij reanimatie en intubatie.

Standpunt verkoeveren na diepe sedatie buiten operatiekamers

Op verzoek van het BRV bestuur heeft een werkgroep1 onderzoek gedaan bij 25 ziekenhuizen naar de organisatie van recovery na diepe sedatie. Het onderzoek is telefonisch en per mail uitgevoerd.

Standpunt

De bewaking van patiënten na diepe sedatie buiten de operatiekamers is geen expliciet onderdeel van het domein van recovery verpleegkundigen. De verpleegkundigen die deze patiënten bewaken moeten wel extra geschoold zijn (zie onder). In een overleg tussen de besturen van de BRV en de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA) op 12-12-2016, heeft het bestuur van de NVA uitgesproken het standpunt van de BRV te onderschrijven.

Achtergrondinformatie

De NVA heeft in 2009 een richtlijn uitgegeven “sedatie en/of analgesie (PSA) op locaties buiten de operatiekamer2”.  Zij vinden dat patiënten die een matige sedatie hebben ondergaan,  m.b.v. een saturatiemeter bewaakt kunnen worden.  De verpleegkundige die hen bewaakt moet BLS geschoold zijn.  Ook moet er binnen afzienbare tijd hulp aanwezig zijn. Voor patiënten die een diepe sedatie hebben ondergaan, is monitorbewaking een vereiste.  De verpleegkundige, die hen bewaakt moet BLS/ILS geschoold zijn.  Ook hier moet op heel korte termijn hulp beschikbaar zijn..

De IGZ heeft een Toetsingskader sedatie en/of analgesie buiten de operatiekamer uitgebracht in 20122 omdat er regelmatig onveilige situaties geconstateerd waren.

In een FAQ document geeft de NVA4 aan dat een lokale sedatiecommissie veel vrijheid heeft rondom het inrichten van PSA en de recovery van de patiënten (wordt niet nader beschreven). De lokale sedatiecommisisie is verantwoordelijk voor de inhoud van de aanvullende opleiding van verpleegkundigen die  buiten de OK verkoeveren. Duidelijk moet zijn wie verantwoordelijk is voor het beleid rondom de patiënt. Dit geldt zowel voor buiten de Ok verkoeveren als het verkoeveren op de recovery.  Is dit onduidelijk dan is de SPS’er de 1e verantwoordelijke waar bij vragen op wordt teruggevallen.

Bevindingen

diepe sedatie onder verantwoordelijkheid van sedatiepraktijkspecialisten (SPS) wordt in steeds meer ziekenhuizen word toegepast. Het betref hier veelal patiënten,  die een onderzoek ondergaan en niet worden geopereerd.  Bij de meeste instellingen slapen de patiënten na diepe sedatie uit op een aparte verkoeverruimte.  De patiënt wordt m.b.v. een monitor bewaakt.  De verpleegkundige,  die hier werkzaam is,  heeft via een externe/interne scholing bekwaamheid verworven om de patiënt na diepe sedatie te verkoeveren.  In een enkel ziekenhuis worden de patiënten standaard op een reguliere recovery verkoeverd. In de meeste ziekenhuizen worden alleen patiënten,  die een complex ziektebeeld vertonen,  na diepe sedatie op de recovery verkoeverd.

Personeel werkzaam op deze bewakingsafdeling moet extra geschoold zijn.  Dit kan een interne scholing zijn,  maar ook een externe scholing. Aan de orde moeten komen BLS,  ABCDE van bewaking, bewaking te interpreteren en z.n. te handelen, kennis van apparatuur en de medicatie die voor, tijdens en na  de diepe sedatie wordt gebruikt. Op een uitslaapkamer voor patiënten na diepe sedatie kunnen 2 verpleegkundigen maximaal 6 patiënten bewaken en verzorgen.  Eén verpleegkundige is tenminste ILS geschoold en de andere  verpleegkundige is tenminste BLS geschoold. De verpleegkundige weet op wie ze kan terugvallen bij vragen en/of onduidelijkheden in het beleid.  Ook moet de SPS’er en de (achterwacht) anesthesioloog snel bereikbaar zijn. Bij calamiteiten kan hulp van het reanimatieteam worden ingeroepen.

Verwijzingen

1.Samenstelling van de werkgroep: Tineke Stamm (voorzitter), Angelique van Brakel, Anne Lina, meedenkers binnen de werkgroep Mei Siahaan en Monique Severens.

2.http://www.anesthesiologie.nl/uploads/openbaar/RL_Sedatie_en_of_analgesie_Volwassenen_en_IC_2012.pdf

3. https://www.igz.nl/Images/toetsingskader%20sedatie%20_tcm294-328212.pdf

4. http://www.anesthesiologie.nl/kwaliteit/faq-richtlijn-sedatie-en-of-analgesie

Beroepsvereniging Recovery Verpleegkundigen, december 2016

Word lid en praat mee!

Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.

Ontwerp Zonder Titel (15)